Extra - Instellingen - Bestands-/mapbewerkingen

TAB: Snelbewerkingen


Snelbewerkingen zijn zinvol wanneer er herhaaldelijk bewerkingen worden uitgevoerd in een bepaalde doelmap.

Normaal gesproken moeten de bron- en doelmap eerst in het hoofdvenster worden ingesteld voordat een bewerking kan worden gestart. Bij snelbewerkingen is de doelmap al vooraf vastgelegd.

Er kunnen maximaal 10 snelle kopieerbewerkingen en maximaal 10 snelle verplaatsbewerkingen worden gedefinieerd, die de in het actieve paneel gemarkeerde bestanden kopiëren of verplaatsen.


Via 'Extra → Instellingen → Bestands-/mapbewerkingen' kunnen in de TAB 'Snelbewerkingen' de volgende instellingen worden geconfigureerd:



Lijst van Snelbewerkingen

In de lijst met snelbewerkingen kunnen tot 10 kopieerbewerkingen en tot 10 verplaatsbewerkingen worden gedefinieerd.

Instellingen van een Snelbewerking

Voor elke in de lijst gemarkeerde snelbewerking kunnen de volgende instellingen worden gedefinieerd:

Naam

De naam van de snelbewerking. Als het invoerveld leeg is, wordt de huidige mapnaam gebruikt.

Doelpad

In dit veld moet het doelpad worden ingevoerd of geselecteerd met de knop:

Starttype

Na een klik op het keuzemenu zijn de volgende drie starttypen beschikbaar:

Sneltoets

In het menu-item 'Extra → Sneltoetsen definiëren' kan aan een sneltoets een snelbewerking worden toegewezen.

Doelpadwijziging via pop-updialoog toestaan

Als deze instelling is ingeschakeld, kan het doelpad van de snelbewerking worden gewijzigd.

Doelmap openen in het inactieve paneel

Als deze optie is aangevinkt, wordt de doelmap geopend in het inactieve paneel nadat de snelbewerking is voltooid.

Starten van een Snelbewerking

Er zijn 3 manieren om een snelbewerking te starten:


       


Hiertoe moet in het menu-item 'Extra → Werkbalk aanpassen' van de hoofdwerkbalk de knop voor 'Start snelkopieerbewerking uit de pop-upselectielijst' aan de werkbalk worden toegevoegd.
Voor snelverplaatsbewerkingen geldt hetzelfde met de knop voor 'Start snelverplaatsbewerking uit de pop-upselectielijst'.
Als in het menu-item 'Extra → Sneltoetsen definiëren' voor deze optie een sneltoets is toegewezen, kan de selectielijst ook daarvandaan worden gestart.

Doelpad van een snelbewerking wijzigen

Na een klik op de knop  'Doelpad voor de snelbewerking wijzigen', verschijnt een keuzedialoog , waarin de geselecteerde snelbewerking het pad in het actieve paneel kan worden toegewezen als doelpad.



Hiertoe moet in het menu-item 'Extra → Werkbalken aanpassen' van de hoofdwerkbalk de knop voor 'Doelpadwijziging voor snelbewerkingen wijzigen' worden toegevoegd.

Alle snelle bewerkingen verschijnen voor selectie waarvan in de definitie de optie 'Doelpadherschikking via een pop-up dialoog toestaan' is aangevinkt in het menu-item 'Extra → Instellingen → Bestands-/mapbewerkingen' in de TAB 'Snelbewerkingen'.

Als in het menu-item 'Extra → Sneltoetsen definieren...' voor deze optie een sneltoets is toegewezen, kan de keuzelijst ook daarvandaan worden gestart.